Verne begint Jasper aan te spreken en als volwaardige gezinspartner te accepteren, zo lijkt het.
Nu Jasper ook meer verticaal door het leven gaat en niet meer dat babytje is dat ergens in een hoekje ligt te liggen wordt hij interessant materiaal voor zijn grote broer.
Hij toont hem zijn speelgoed, spelt hem de les, verrolt hem berispend als hij over Vernes teentjes rijdt en beslist op welke rammelaar hij een tijdje mag sabbelen.
Erg leuk om de interactie tussen die twee gade te slaan. Jasper vindt het allemaal even geweldig. Zelfs meegesleurd worden aan één arm is hem goed, zolang hij maar aandacht krijgt.
"Kijk eens Sjapper, dat is Thomas" zei Verne gisteren nadat hij eerst het klepje van Jaspers zonnehoedje omhoog had gezet zodat hij Thomasje goed zou kunnen zien. Jasper keek meteen op en graaide naar het ding.
Mis!
Kijken mag, aankomen niet.
"Neen Sjapper! De mij Thomasje! Verne de jouw Thomasje! Sjapper mág niét!" klonk het streng.
Iets uit zijn handen sleuren doet Verne (nog) niet maar hij zette het terstond op een zwaar verongelijkt huilen.
Zelfs dat vond Jasper amusant, vrolijk verder sabbelend.
Ook ik moet eraan geloven.
Toen ik onlangs op verzoek een appelsientje sneed voor Verne en zelf ook een partje in mijn mond stak vloog ik in de hoek.
" Neen, mama stout! Verne de jouw appelsientje, mama mag niet mondje! Mama hoekje staan."
Die zin rolde zo verbazend vlot uit zijn mondje dat ik maar gewoon aan zijn hand mee naar de hoek ben gestapt. Eens bevrijd nam ik weer een partje appelsien en vloog zonder pardon terug. Mijn uitleg dat er appelsien genoeg was voor iedereen en dat hij moest leren delen werd maar matig enthousiast onthaald.
We voeden elkaar hier op, zoveel is duidelijk!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten