Ikeatje gedaan gisterenavond.
Ik had geen idee meer waar ik nog met al die schoenen en mutsen naartoe kon in onze kleine hal.
Kasten kopen dan maar. Hopelijk geraken ze ook snel ineengebokst.
Want dat is weer een andere zaak.
Na het winkelen in Ikea vindt Matijs steevast dat hij een hotdog heeft verdiend, hoewel die dingen helemaal niet te vreten zijn. Zo stonden wij dus in het eethoekje rechtstaand te smullen. Wij een droog broodje vleesafval, Verne een warme wafel, Jasper een mengeling van beiden.
Hier begint straks de anekdote.
Eerst nog wat omkadering: Matijs en ik zijn matige roddelaars.
Niks stouts, niks ergs, zeker niks dat we niet mogen doorvertellen, bij voorkeur over vreemden zelfs, maar op een zonnige zondag zitten (of beter zaten, want ik spreek van vóór de kindjes) wij graag naast elkaar aan de Graslei bij een glaasje wijn. In plaats van tegenover elkaar dus. En dan bespreken we smakelijk alle voorbijlopende rampen. Geen kleinigheid die ons ontsnapt, iedereen waar wat over te zeggen valt moet eraan geloven. Discreet uiteraard, dat wel.
Dat vermaakt ons.
Ongehoord he.
Nu ja.
Terug naar ikea.
We stonden daar zoals gezegd aan dat kraam met eten in onze handen toen Verne plots 'moet hij pipi doen, potje pakken, snel' riep.
Verne plast niet meer in pampers maar ook nog niet op grote wc's. Zodoende hebben wij steeds een potje bij voor noodgevallen. Dit was er zo één. Dus midden tussen die eters haalde ik het potje uit en stak Vernes broek af, die vrolijk wafel etend ging zitten en deed wat moest. Normaalgezien zoek ik dan een discreet hoekje op, maar hier was dat geen optie.
Met pottenkijkers dan maar (letterlijk en figuurlijk).
Er zat blijkbaar, zo verried de groeiende plas pis op de vloer, één en ander scheef.
Ow. Sh*t.
Broek kletsnat, onderbroek kletsnat, potje besmeurd en dan was er dus ook nog die enorme plas.
Allemaal met etende toeschouwers rondom ons. Fronsende etende toeschouwers.
Hotdog aan de kant, tonnen servetjes gaan pikken en aan de klus beginnen dan maar he. Wat anders?
Verne eerst bloot en dan in het vers, plas op de grond droogdeppen met de servetjes en vervolgens in het potje dumpen, plasserige voetafdrukjes overal droogwrijven en tot slot het potje vol doorweekt papier in de vuilnisemmer kieperen.
Klaar!
Pas toen we terug verdergingen met (koude) hotdog eten merkte ik de ogen op.
Wij zouden vroeger zelf ook nogal kwaad gesproken hebben over 'dat koppel met dat plassende kind'.
"Moet dat nu hier? Wij zijn wel aan het eten he! En dat kind piste dan nog naast de pot ook. En dan alles gewoon naast ons in de vuilnissemmer zeg? 't Zijn nogal manieren. En heb je dat gezien? Die aten met hun pishanden gewoon verder hun hotdog op zeg, zonder wassen!? Moh eikes."
Nu zijn we gewoon zelf 'dat koppel' en vind ik dat allemaal maar evident.
Of niet evident, maar ik zie niet meteen hoe ik het anders had kunnen aanpakken.
Wij 'dat koppel' zeg, hoe is dat ineens gebeurd?
Verval.
Normbesef.
Prioriteiten.
Ach wat.
Het was gezellig.